Intreerede door dr.ir. Jos P. van Leeuwen,
Lector Civic Technology
4 november 2020
Welkom bij het lectoraat Civic Technology! Zoals zoveel evenementen dit jaar is ook deze intreerede een online gebeurtenis. Dat maakt het anders en bijzonder, maar het past toch ook wel bij het onderwerp. Fijn dat u er bent, schenk nog even een kop koffie in en ga er maar eens lekker voor zitten. We gaan u vandaag een introductie geven in het onderzoek dat het lectoraat Civic Technology de komende jaren gaat doen, als onderdeel van de faculteit IT & Design en het kenniscentrum Governance of Urban Transitions.
Civic Technology is technologie voor het burgerschap, voor mensen in hun rol van burger. In ons dagelijkse leven hebben we veel met technologie te maken, vaak met interactieve, informatie-gerichte technologie: als consument doen we online boodschappen – zeker in deze pandemische tijd; als reiziger in het openbaar vervoer plannen en betalen we onze reis met interactieve technologie – nu weliswaar even wat minder; als weggebruiker navigeren we op basis van technologie; en ons energieverbruik in huis wordt ‘smart’ gemeten en geadministreerd.
Technologie voor burgers
Als burger staan we steeds vaker middels technologie in contact met overheden. Denk aan alle online communicatie met de overheid, zoals de belastingdienst en gemeenten die middels apps, websites en de ‘Berichtenbox’ van ‘MijnOverheid’ met burgers communiceren. En er wordt over burgers en ons gedrag al heel wat data verzameld, door gemeenten, de politie, door bijvoorbeeld de zorgsector. En ook in de publieke ruimte wordt data verzameld – met smart city technologie, zoals camera’s en sensoren – met als doel om de stad veiliger, efficiënter en leefbaarder te maken. Al die ‘big data’ maakt het mogelijk om inzichten te genereren – al dan niet met kunstmatige intelligentie – en besluiten te nemen.
We gebruiken technologie ook om als burger zelf actie te ondernemen. Bij de overheid kunnen we met apps melden wat er op straat verbeterd of onderhouden moet worden. Met onze buren zitten we in een WhatsApp groep of NextDoor, om bij te dragen aan de leefbaarheid en veiligheid van de buurt. We kunnen met smart home tools of citizen science kits de luchtkwaliteit meten, binnenshuis, maar ook buitenshuis. We tekenen petities, doen mee aan peilingen en enquêtes. En social networking sites (SNS) worden intensief gebruikt, voor sociale en professionele relaties, maar ook om maatschappelijk actief te zijn, voor het organiseren van het samenleven in een buurt. We weten inmiddels dat social media ook een effectief kanaal zijn om de democratie te beïnvloeden.
Burgers komen dus in aanraking met veel verschillende technologieën, met verschillende doelstellingen, resultaten en bijeffecten, en waaraan mensen in allerlei functies en rollen deelnemen. Wat centraal staat in het vakgebied Civic Technology is dat de technologie in dienst staat van het burgerschap. Het doel is: Empowering Citizens. Maar wat betekent het eigenlijk om burger te zijn? Wat is burgerschap?
Drie dimensies van burgerschap
Burgerschap is het lidmaatschap van een samenleving. Het is een verplicht lidmaatschap: in Nederland moeten ouders een kind binnen drie dagen na de geboorte als nieuwe burger aanmelden bij de overheid. Burgerschap is dus een onvrijwillige rol: iedereen is burger, lid van de menselijke samenleving, de gemeenschap waarin we worden geboren of waarin we kiezen te leven, die we gezamenlijk organiseren en beleven. Het ‘burger zijn’ ervaren we op kleine schaal, in onze straat en buurt, maar ook op grote schaal, nationaal of zelfs als Europeaan of wereldburger.
We kunnen kiezen hoe we de rol van burger willen invullen – op een passieve of actieve manier, op grote afstand van het gezamenlijke of zo dicht mogelijk erop – maar in het dagelijks leven hebben we steeds te maken met het feit dat we een samenleving zijn. Nog afgezien van het verplichte aspect van burgerschap: we moeten ons tot elkaar verhouden, het samen leven in een gemeenschap is het fundament van de menselijke natuur. Het heeft ons letterlijk gemaakt tot wat we zijn: de aardse diersoort met het meest ontwikkelde brein en met de meest ontwikkelde sociale vaardigheden, zoals saamhorigheid, communicatie en collectief leren. Het maken van onze samenleving zit diep in ons wezen: gezamenlijk ontwikkelen we ons gedrag, onze gewoonten, waarden en normen, onze cultuur en onze rechten en plichten.
Burgerschap is een product van de menselijke drang om samen te leven, we hebben het samenleven geïnstitutionaliseerd. Het zijn van burger geeft eenieder een bepaalde wettelijke status: de rechten en plichten die men als burger heeft. Burgerschap heeft in het instituut samenleving ook een politieke betekenis: men neemt als burger deel aan bestuurlijke processen. En burgerschap wordt vaak gerelateerd aan de beleving van een identiteit, bijvoorbeeld een nationale of lokale identiteit, en heeft daarmee een sociale en culturele betekenis. Zo zijn er drie dimensies van het burgerschap: een wettelijke dimensie, een politieke dimensie, en een identiteitsdimensie. Leydet, D. (2017) “Citizenship.” In The Stanford Encyclopedia of Philosophy (Fall 2017), Edward N Zalta (eds.). Metaphysics Research Lab, Stanford University.
We kunnen die dimensies bekijken in de relaties tussen burger, samenleving en overheid. De wettelijke status van het burgerschap wordt vanuit de overheid gerealiseerd door dienstverlening aan de maatschappij: zo worden zaken als veiligheid, recht, openbare voorzieningen, sociale zekerheid en zorg door de overheid georganiseerd. Burgers hebben een bestuurlijke rol in onze democratie, die weliswaar meestal beperkt is tot het uitbrengen van een stem, maar desalniettemin essentieel onderdeel van het burgerschap. De identiteitsdimensie wordt in de literatuur verschillend uitgelegd, waarbij vooral de vraag rijst of het gaat over de identiteit die een burger voelt als lid van een politieke gemeenschap, of dat het ook gaat over de identiteit die men ontleent aan sociaal-culturele aspecten van het samenleven. Lehning, P. B. (2001) “European Citizenship: Towards a European Identity?”, Law and Philosophy, 20(3): 239–282. In het kader van Civic Technology is die ruimere definitie zinvol.
Burgers vormen samen de gemeenschap: door te participeren in gezamenlijke activiteiten, de straat met elkaar te delen, vormen zij hun leefomgeving. Door deel te nemen identificeren zij zich met het collectief. Richard Sennett duidt dit met de oude betekenis van het Franse woord ‘cité’: het levensgevoel in een buurt of wijk, de hechting aan een bepaalde plaats en de gevoelens ten opzichte van anderen.
De digitale ‘ville’ heeft immense effecten op hoe wij samenleven.
Sennett contrasteert die ‘cité‘ – de geleefde stad – met de ‘ville‘ – de gebouwde stad. In zijn boek ‘Building and Dwelling‘ (‘Stadsleven’ in de Nederlandse vertaling) Sennett, R. (2018) Building and Dwelling. New York, NY, USA: Farrar, Straus and Giroux. gaat hij in op de vraag in hoeverre de ontwerpers van de ville, dus de planologen van de gebouwde stad, zich mogen permitteren met hun ontwerp invloed uit te oefenen op de cité – op hoe men in de stad leeft. Diezelfde vraag moeten we ons ook stellen wanneer we besluiten nemen over IT in de samenleving, want de digitale ville heeft immers ook immense effecten op hoe wij samenleven, en hoe wij de drie dimensies van het burgerschap beleven.
Technologie is nooit neutraal
De Rijksoverheid beaamt dat bij technologische innovatie het belang van burgers en maatschappelijke stakeholders voorop moet staan. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat schrijft: “Digitalisering verandert onze wereld, maar dat wil niet zeggen dat wij daar niets over te zeggen hebben.” Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (2018) Nederlandse Digitaliseringsstrategie. Den Haag: Rijksoverheid. En het Overheidsbreed Beleidsoverleg Digitale Overheid schrijft: “De overheid wil de enorme maatschappelijke en economische kansen van data grijpen, maar tegelijkertijd mag voortschrijdende dataficering niet ten koste gaan van individuele burgers en ondernemers.” Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2019) NL Digitaal – Data Agenda Overheid. Den Haag: Rijksoverheid.
Beide uitspraken zijn ongetwijfeld welwillend en geruststellend bedoeld, maar klinken toch wel erg defensief en daarmee niet heel doelbewust als het gaat om het centraal stellen van het publieke belang van de burgermaatschappij. Het klinkt alsof men iets van plan is dat potentieel schade kan berokkenen aan de samenleving. En dat is natuurlijk ook zo: in de digitale omgeving schuilen vele gevaren en het ontwerpen en bouwen daarvan moet juist daarom gericht zijn op het versterken van de ‘cité’ – het versterken van het levensgevoel van burgers.
Technologie is immers nooit neutraal maar heeft altijd een grote invloed op het domein waarin het wordt toegepast. Navigatietools en smart city technologie kunnen zorgen voor een efficiëntere doorstroom van het verkeer in de stad, maar maken het zo ook aantrekkelijker om de auto te verkiezen boven het openbaar vervoer dat de stad veel leefbaarder zou maken. Het effect kan juist een toename zijn van het verkeer en dus een afname van de leefbaarheid.Het gebruik van technologie bepaalt het gedrag van de gebruiker, maar heeft daarmee ook verderstrekkende effecten. Data die wordt verzameld over criminaliteit kan bestaande vooroordelen en de neiging tot profileren versterken, met mogelijk discriminatie of racisme tot gevolg.
De motivatie voor de overheid om digitale technologie in te zetten is drieledig:
- verbeteren van overheidsdienstverlening;
- verbeteren van overheidsbeleid voor het aanpakken van maatschappelijke problemen, bijvoorbeeld met behulp van data; en
- verbeteren van burgerparticipatie. Rijksoverheid (2020) NL DIGIbeter – Agenda Digitale Overheid. Den Haag: Rijksoverheid.
Burgers gebruiken technologie vanuit de behoefte om beter geïnformeerd te zijn, verbonden te zijn met andere burgers, bijvoorbeeld in de buurt, via buurt-app-groepen, of nationaal, via forums, blogs en social media. Ze gebruiken technologie ook om initiatieven te nemen en anderen daarin te betrekken, bijvoorbeeld het online organiseren van petities, of acties die worden geïnitieerd via social media. En er is ook steeds meer technologie waarmee burgers als ‘smart citizens’ zelf data over hun leefomgeving kunnen verzamelen en delen met elkaar.
Civic Technology in onderzoek en praktijk
In het kennisdomein van Civic Technology ligt de focus bij digitale technologie die erop gericht is mensen in hun burgerschap te versterken, door hen:
- een sterkere kennispositie te geven en
- meer democratisch vermogen,
- door hun lokale betrokkenheid te vergroten, en
- door het versterken van de weerbaarheid van burgers, economisch en sociaal, maar vooral ook politiek.
Civic Technology is niet een nieuw vakgebied. Er zijn in de wereld al heel wat labs die technologie voor het burgerschap ontwikkelen, onderzoeken en inzetten. Enkele voorbeelden: in het Center for Civic Media, https://www.media.mit.edu/groups/civic-media/overview/ tot augustus dit jaar geleid door Ethan Zuckerman als onderdeel van het Media Lab van MIT, werd onderzoek gedaan naar de rol van media en media technologie in maatschappelijke verandering; het Engagement Lab van Emerson College https://elab.emerson.edu is een bekende en succesvolle groep, geleid door Eric Gordon, met veel aandacht voor processen van burgerbetrokkenheid en bijvoorbeeld gamification.